Tweede Pijler: Aanvullend Pensioen

De Belgische 'tweede pijler' zijn de systemen van aanvullend pensioen die door de werkgever gefinancierd wordt (toelage genoemd) in uitvoering van de WAP ( afkorting van de Wet op de Aanvullende Pensioenen). Indien het voorzien is, kan en moet de werknemer ook een premie betalen (bijdrage genoemd). De werkgever heeft een grotere vrijheid indien er geen bijdrage betaald wordt door de werknemer.

Dit gebeurt meestal met een groepsverzekering (bv. alle bedrijfsleiders, alle kaderpersoneel, alle bedienden,...) of een individuele pensioentoezegging (zodat niet iedere categorie werknemers hier recht op heeft). Dit gebeurt meestal met een mix van diverse verzekeringsproducten, Tak21 (met gewaarborgd rendement en variabele winstdeling) en Tak23 (aandelen- en/of obligatiefonds verpakt als verzekering).

Het kan zijn dat deze producten nog meer verzekeringsluiken tellen, zoals een hospitalisatieverzekering of een overlijdensdekking. Ook tot de tweede pijler behorende is het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ), wat een zelfstandige vrij kan voor sparen.

Het pensioenplan is met vaste bijdrage (het pensioen onder vorm van kapitaal of rente zal afhangen van de grootte van de bijdragen), met vaste prestatieplan of te bereiken doel (doorgaans uitgedrukt als percentage van het loon) en tenslotte een mengvorm van de beide vorige. De uitbetaling gebeurt ofwel in rente, waarbij er keuze kan zijn in de periodiciteit (van maandelijks tot jaarlijks) of in een eenmalig kapitaal. Als het plan voorziet in kapitaal, kan men dit kapitaal laten omzetten in een levenslange rente met kapitaalsafstand. De overheid bevordert de uitbetalingen in rente. De omzettingscoëfficiënt is echter vrij nadelig, bovendien is er ook geen indexatie. Hierdoor wordt zelden voor de rente gekozen.

Bron: www.wikipedia.be

Meer informatie?

http://nl.wikipedia.org/wiki/Pensioen
http://www.belgium.be/nl/werk/pensioen_en_einde_loopbaan/pensioen/aanvullende_pensioenstelsels/